Carolus Hacquart
Categorie: | componist |
---|---|
Genre(s): | barok |
Biografie
In 1974 publiceerde de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België een studie over Carel Hacquart geschreven door Pieter Andriessen. Het was de eerste maal dat de levensloop en het werk van deze belangrijke Vlaamse barokcomponist (ca. 1640-1701?) op zulk een grondige wijze onderzocht werden.
Carolus Hacquart (1640-1701/1) was uit Brugge afkomstig. Vermits er geen doopakte teruggevonden werd, schatte men zijn geboortedatum rond 1640. Nieuwe archivalische vondstenvermelden dat “Charges Akkert” in september 1650 aanvaard wordt als koorknaap van de Brugse Sint-Salvatorskerk voor een periode van acht jaar, en pas vanaf 1652 mag beginnen meezingen. Zijn broer Philips begint twintig dagen later aan zijn opleiding in de O.L.Vrouw. Dit doet veronderstellen dat Carels geboorte enkele jaren later te situeren valt dan vroeger werd gedacht.
Blijkbaar zijn beide broers aan het eind van de jaren 50 naar Gent verhuisd, want ze worden vermeld als koorknaap in resp. Sint-Baafs en de Heilig Kerstkerk.
Rond 1670 moet eerst Philips en enkele jaren later ook Carel zich gevestigd hebben in Amsterdam. Een officiële functie hebben ze er nooit uitgeoefend, maar eerder verdienden ze hun kost als muzikant en als muziekleraar. In de Verenigde Provinciën was er, in tegenstelling tot de Zuidelijke Nederlanden, weinig mecenaat vanwege de adel. Ook de calvinistische kerk had weinig aandacht voor kerkmuziek. Wel was er heel wat amateuristische muziekbeoefening bij de rijke burgerij, en precies hier lag het arbeidsveld van de Hacquarts.
In 1674 zag Carels muzikale eersteling het licht, met een publicatie van Cantiones Sacrae op. 1, gedrukt te Amsterdam bij Paulus Matthysz, op kosten van de auteur.
Op het eerste gezicht lijkt het bevreemdend dat Hacquart in het calvinistische Noorden voor de dag kwam met Latijnse, zeg maar Roomse religieuze muziek. Toch zijn er meerdere verklaringsgronden. Ten eerste woonde er binnen de stad Amsterdam een niet te onderschatten katholieke minderheid (geschat op zo’n
30.000), waarvan de familie Hacquart trouwens ook deel uitmaakte.
Ten tweede waren de teksten van de Cantiones zo gekozen dat ze algemene religieuze ideeën
vertolkten, die gevoelens aanspraken over de grenzen heen van de verschillende godsdiensten.
Ten derde werd het gebruik van de Latijnse taal als “chique” ervaren bij de hogere burgerlijke kringen, veel deftiger dan de volkstaal. Daarnaast wou Hacquart door een opdracht aan Willem III van Oranje, de aandacht van de Prins der Nederlanden op zich vestigen.
Naar aanleiding van de Vrede van Nijmegen, gesloten in 1678, schreef de dichter Dirk Buysero een vredesspel “De Triomfeerende Min”, waarvoor hij Hacquart engageerde om de bijhorende muziek te schrijven. Buysero hoopte op een opvoering in de Amsterdamse Schouwburg, maar blijkbaar is het nooit zover gekomen. Het geheel werd in 1680 gedrukt. Hiermee kan Hacquart er zich op beroemen de eerste volwaardige Nederlandstalige opera te hebben geschreven. Overigens bleef Buysero achteraf in gebreke wat betreft het betalen van het componistenbond aan Hacquart, en heeft deze laatste verschillende malen juridische stappen ondernomen, waarschijnlijk dan nog zonder resultaat.
Begin 1679 verliet Carel Hacquart Amsterdam, en vestigde hij zich in Den Haag, een stad die met haar vele magistraten en staatsambtenarij een uiterst gunstige cliëntèle vormde voor zijn muzikale en pedagogische bedrijvigheid. Daarnaast werd hij er ook organist aan de Oud-katholieke Kerk. Niemand minder dan Constantijn Huygens, privésecretaris van de Oranjes, maar ook diplomaat, dichter en musicus schreef een aanbevelingsbrief aan Maurits van Oranje om te vragen of Sieur Hacquart, ”ce grand maistre de musique” gebruik mocht maken van de grote zaal van het Mauritshuis naast het Binnenhof om wekelijkse concerten te mogen organiseren.
In Den Haag publiceerde Hacquart in 1686 twee belangrijke bundels met instrumentale muziek: de Harmonia Parnassia Sonatarum op. 2, met sonates voor 3 en 4 strijkinstrumenten, en Chelys op. 3, een reeks suites voor viola da gamba.
Hierna ontbreekt elk spoor van de componist. Vermoedelijk overleed hij in 1701,
omdat kort daarna zijn uitgaven, die hij voordien altijd zelf had behartigd, overgenomen werden door een andere uitgever.
Het is mogelijk dat hij na 1686 in het spoor van William III, die in 1688 op de troon van Jacob II kwam te zitten, naar Engeland uitweek.
Vermelden we nog dat Philips, Carels broer, later uitweek naar Haarlem, en er in 1691 overleed.
Tot hier toe verschilt deze biografie niet erg veel van de loopbaan van talrijke andere musici uit die periode. Wat Hacquart echter doet uitsteken boven heel wat collegascomponisten uit zijn tijd, is de hoge kwaliteit van zijn werk.
Vooral de instrumentale sonates uit het opus 2, Harmonia Parnassia Sonatarum zijn muziek van absolute topkwaliteit, en het is verheugend dat er eindelijk een moderne partituuruitgave van verschenen is bij een kleine Amerikaanse uitgeverij, PRB Productions (www.prbmusic.com ).
Het is opnieuw Pieter Andriessen die tekent voor deze uitgave.
uittr. uit art.Carel Hacquart revisited, door Piet Stryckers voor Musica zie http://64.78.63.10/web/musica/_media/922.pdf
Selectieve discografie als componist
Carolus Hacquart - De triomfeerende min (2012) barok Camerata Trajectina, Carolus Hacquart, Servaas de Koning, anoniem |
Hacquart Carolus - Le maitre de musique (2006) oude muziek Carolus Hacquart, Philippus Van Wichel |
||
Carolus Hacquart - Cantiones & sonate (2005) Dirk Snellings, Céline Scheen, Stephan Van Dyck, Ensemble Clematis, Carolus Hacquart |
Carolus Hacquart - Chelys (2004) oude muziek Carolus Hacquart |
||
Les Nations (1990) barok, oude muziek Vier Op 'n Rij - Flanders Recorder Quartet, Carolus Hacquart, Heinrich Isaac, Louis-Antoine Dornel, Johann Sebastian Bach, Samuel Scheidt, Thomas Crecquillon, Carlo Farina (...) |
Carolus Hacquart - De triomfeerende min (1978) barok Collegium Vocale Gent, Ton Koopman, Carolus Hacquart, Musica Antiqua, Philippe Herreweghe |
||
De Vlaamse Barok ten tijde van Rubens (1967) barok, oude muziek Philippus Van Wichel, Alarius Ensemble, Vocaal kwartet van Brussel, Nicolaus a Kempis, Carolus Hacquart, Gaspar van Weerbeke, Pierre De la Rue, Antoine Brumel (...) |
Vlaamse Barok - Vlaamse Renaissance oude muziek, barok Philippus Van Wichel, Alarius Ensemble, Vocaal kwartet van Brussel, B. Richard, Carolus Hacquart, Nicolas a. Kempis, Pierre De la Rue, Antoine Brumel (...) |
||
Vlaamse Barok - Vlaamse Renaissance oude muziek, barok Philippus Van Wichel, Alarius Ensemble, Vocaal kwartet van Brussel, B. Richard, Carolus Hacquart, Nicolas a. Kempis, Pierre De la Rue, Antoine Brumel (...) |
Verwante items in de databank
Persknipsels/Artikels: (Wat is dit?) | De Triomfeerende Min (09.2012) De Cirkel is rond (2006) |
---|